MARCADA

VOOR meerstemmigheid

Najaf, heilige plaats voor shia’s

Buitensporige begraafplaats

In Najaf rijden we naar het dak van een parkeergarage voor het uitzicht op iets ongelooflijks: de grootste begraafplaats ter wereld, waar naar schatting 7 miljoen (!) mensen begraven liggen. En elke dag komen er nog bij, de doden worden bijgezet in stapelgraven en er worden nog steeds nieuwe en diepere onderaardse gangen uitgegraven. De begraafplaats ligt ingeklemd tussen het Meer van Najaf en de stadswijken: horizontaal kan er niet verder uitgebreid worden, dus moet de ruimte verticaal worden gezocht. De velden vol graven op de Olijfberg vallen in het niet bij deze metro-necropolis.

Imam Ali

De tweede grote bezienswaardigheid van Najaf is het Heiligdom van Imam Ali. Hier ligt de neef en schoonzoon van Mohammed begraven, de man die voor de Sjiitische moslims bijna heiliger is dan de profeet zelf. Een dispuut over wie na de dood van Mohammed het leiderschap moest krijgen, leidde tot de splitsing: degenen die vonden dat de nieuwe leider gekozen moest worden stonden aan het begin van de Sunni traditie, terwijl de groep die vond dat het in de familie van de profeet moest blijven het begin werd van de Shia traditie – zij beschouwen imam Ali als de rechtmatige opvolger. Zijn graf is dus het grootste heiligdom na de Ka’aba, en sjiieten van over de hele wereld trekken hier in groten getale naar toe: je ziet gelovigen uit Pakistan, Iran en Libanon en natuurlijk uit Irak zelf. Hele families maken de pelgrimstocht naar deze uiterst heilige plaats, en verblijven enkele dagen in een van de vele hotels, of bivakkeren gewoon op de binnenplaats en in de voorportalen van het heiligdom. Sommige families zijn eigenlijk te arm om het te kunnen betalen, en zij worden van eten en drinken voorzien door goedgeefse medegelovigen of door de waqf (de organisatie die religieuze plaatsen beheert). Ze brengen de dag door met lezen in de koran, bidden, bijwonen van lezingen of preken (uiteraard zijn overal de mannen en de vrouwen strikt gescheiden), of zitten gewoon te luieren of liggen te slapen op de zachte en kleurige tapijten waarmee alle vloeren bedekt zijn. En natuurlijk maken ze een paar keer per dag de gang naar de binnenste ruimte van het heiligdom waar de tombe van de heilige imam staat, en waar het kussen van de toegangsdeur of het aanraken van het traliehek rondom de tombe al zoveel geluk brengt dat het de lange reis zeker waard is.

Voor je het terrein opgaat passeer je een security check, en voor je het heiligdom zelf ingaat wordt je nog een keer gefouilleerd. Uiteraard zijn er gescheiden ingangen voor mannen en vrouwen, en ook in het binnenste van het heiligdom moeten mannen en vrouwen ieder van hun ‘eigen’ kant de tombe benaderen. Maar voor je daar bent heeft iedereen zijn of haar schoenen eerst achter moeten laten, ofwel ergens op de grond (kwijtraakkans: 25%), ofwel in open schoenenvakken (kwijtraakkans: 10%), ofwel bij een van de tientallen ‘schoenengarderobes’ (kwijtraakkans: 2%) ofwel in een kluisje met sleutel (kwijtraakkans: bijna nihil).

Een vriendelijke man op het binnenplein legt uit dat alle belangrijke verhalen in z’n geloof zich op deze plek hebben afgespeeld: hier kwam Imam Ali om de Islam te prediken, hier werd de hemel verlicht toen de profeet in Al Quds (Jeruzalem) opsteeg naar de hemel, hier leefde Adam en vond de zondeval plaats waarna de aartsengel Gabriel verscheen om de namen van de 4 grote profeten (Ibrahim, Musa, Isa en Mohamed) te voorspellen die de mensheid weer zouden redden, hier kreeg Noah van Allah de opdracht om een boot te bouwen omdat er iets vreselijks aan zat te komen. Kortom, deze plek is voor hem het centrum de wereld.

Tussen de massa’s mensen die hier hun verering voor de heilige Ali uiten, lopen af en toe ook begrafenisstoeten voorbij: zes of acht mannen die een simpele kist dragen waarop een kleed met donkergroene en donkerrode motieven is gedrapeerd, daarachter een groep mannen die de overledene begeleiden. De mini-stoet gaat in rap tempo door het heiligdom heen, van de binnenplaats naar de binnenste ruimte tot vlakbij de tralies rondom de graftombe, en dan weer naar buiten op weg naar een plekje op de immense begraafplaats waar de overledene uit de hergebruikkist wordt gehaald en enkel in lijkwade wordt bijgezet in een nieuw graf, ergens boven of onder een andere dode. Ook als lijk willen mensen graag nog even in de nabijheid van Imam Ali zijn.

Bij het verlaten van het heiligdom krijgen we van een vrouw een zakje met toffees uitgereikt, en een stukje verderop regent het opeens snoepjes uit de lucht: vanwege de geboortedag van een van de familieleden van Imam Ali uiten sommigen hun blijdschap door aan willekeurige mensen zoetigheid uit te delen of het gewoonweg in het rond te strooien: dat gaat wel zo snel en ziet er nog feestelijker uit ook.

Gastvrijheid

In de avond zijn we uitgenodigd bij Mustafa (een vriend van de gids) en zijn vader Mortada. Een ongelooflijk feestmaal vol specialiteiten van Najaf wordt neergezet op een plastic doek dat op de grond is neergelegd. We eten zittend rondom de vele borden en schalen die tussen ons in staan. Tijdens de maaltijd praten we (via onze tolkende gids en met hier en daar een woordje steenkolen Arabisch…) over Arabische literatuur – Mortada is docent Arabisch en duidelijk blij om daarover te kunnen vertellen. De vrouw (of vrouwen) in de keuken krijgen we niet te zien, hoewel zij de eer verdienen voor al het lekkers dat wordt gepresenteerd. Ik blijf onder de indruk van deze wondermooie traditie om aan vreemden zoveel gastvrijheid te schenken. Ik ben maar een passant die toevallig rondgeleid wordt door een vriendin van de zoon van de heer des huizes, maar die connectie is genoeg om me hartelijk te ontvangen en hun eten te delen.

Naar Karbala

Langs de snelweg van Najaf naar Karbala staan om de zoveel meter hoge lantaarnpalen, die genummerd zijn, van 1 tot ongeveer 2000. Aan elke lantaarnpaal hangt een poster, met op de onderste helft een tekst die verwijst naar de eeuwigheid terwijl op de bovenste helft een portret en een naam te zien zijn. Het zijn mannen die gesneuveld zijn in de strijd tegen IS (Daesh in het arabisch) en hun herinnering wordt levend gehouden door deze indrukwekkende reeks herdenkingsfoto’s. Op deze manier zijn ze geen kille cijfers, maar mensen met een naam en een gezicht. Het snelwegmonument is geen actie van de overheid maar van een confessionele politieke partij. Deze mannen waren shia.

Najaf, heilige plaats voor shia’s
Schuiven naar boven
MARCADA